Gedragsregels voor spelers

1. Probeer te winnen met respect voor jezelf, je teamgenoten en je tegenstanders.
 
2. Speel volgens de bekende of afgesproken wedstrijdregels.
 
3. Vind eerlijk en prettig spelen belangrijk en presteer zo goed mogelijk.
 
4. Aanvaard de beslissingen van de scheidsrechter en geef hem na de wedstrijd een hand.
 
5. Beinvloed de scheidsrechter niet door onbehoorlijke taal of agressieve gebaren / woorden.
 
6. Een overwinning mag gevierd worden, maar we provoceren niet.
 
7. Laat je niet ontmoedigen door een nederlaag.
 
8. Wens je tegenstander een prettige wedstrijd en geef hem/haar na de wedstrijd een hand.
 
9. Onsportiviteit van de tegenstander is nooit een reden om zelf onsportief te zijn, of de club aan te moedigen ook onsportief te spelen of op te, treden.
 
10. Heb de moed om je eigen fouten of tekortkomingen met anderen te bespreken, bijvoorbeeld met je trainer, je leider, je teamgenoten of je ouders.
 
11. Respecteer het werk van al die mensen die ervoor zorgen dat je kunt trainen en wedstrijden spelen, dit is namelijk niet vanzelfsprekend.
 
12. Tijdens wedstrijden draag je het officiële VUC-tenue.
 
13. De coach en volwassenen (mensen die ouder zijn dan jijzelf) spreek je aan met u, tenzij er andere afspraken zijn gemaakt.
 
14. Na het sporten is douchen verplicht.